Hij vertelt, hij glundert en pakt een heleboel foto's uit een kist: het zijn momentopnamen van zijn ambachtsreis. Daniel Poguntke heeft er goede herinneringen aan. Bijvoorbeeld op 13 augustus 2001, toen hij samen met drie andere timmermansgezellen afscheid nam en onder de hoede van de Duitse gezellenvereniging Fremder Freiheitsschacht de wijde wereld in werd gestuurd. Herinneringen aan de verschillende stations in Duitsland, aan zijn tijd in de VS en Canada, of de Bahama's, in Australië en in Nieuw-Zeeland. Het reislogboek, dat hij bewaakt als een kostbare schat, staat vol met handgeschreven dankwoorden en stempels uit Thüringen en Zwitserland, uit New York, Sidney en Wellington. Vier jaar was Daniel Poguntke onderweg, buiten de zogenaamde "banmijl" van 50 kilometer rond zijn woonplaats.

Op gezellenreis
Een klein inzicht in de spannende reis van jonge timmermannen


De reis als avontuur: vroeger en tegenwoordig
Als sinds de middeleeuwen gaan gezellen op ambachtsreis: steenhouwers en metselaars, schrijnwerkers, meubelmakers, maar vooral timmermannen. In het begin was de reis zelfs verplicht omdat je je pas na het voltooien van de reis en de zogenaamde "Mutjahren" als vakman in een bepaalde plaats mocht vestigen. Maar ook zonder deze verplichting werd de traditie voortgezet. Ook tegenwoordig nog gaan mannen en vrouwen op reis. Net als vroeger houden ze zich aan de geschreven en ongeschreven regels die in de loop van de eeuwen nauwelijks zijn veranderd. En tot op heden trekken ze rond in een traditioneel kostuum en moeten ze hun reisbagage beperken tot datgene wat ze in een doek, de zogenaamde "Charlottenburger", kunnen wikkelen.
Hoe de gezellenreis verdergaat en wat een timmerman aan uitrusting nodig heeft, staat in het Festool Magazin
